Hoe gaat het met de asielzoekers in Beukenhof?
Michelle Bosmans is nogmaals geraakt als ze terugdenkt aan de blijdschap op het gezicht van een Syrische jongere toen zij hem een Nederlandse vlag gaf. Tijdens een rondleiding samen met haar dochter liet deze jongen zijn kamer zien waar hij een Syrische vlag had hangen. Hij vertelde dat hij heel graag een Nederlandse vlag daarnaast wilde hebben. Die heeft Michelle hem later een gebracht. Zo blij! Michelle ziet het nog zo voor zich.
Voetballen
Als de tegenstanders in de competitie JO17 tegen VCB spelen zijn ze soms zeer verrast over het team wat zij tegen zich krijgen. Niks blonde tieners met Brabants dialect, maar jongere Syriërs of Eritreeërs die vaak pas sinds enkele maanden voetballen. Dan spelen ze tegen het team samengesteld uit jongere asielzoekers van Beukenhof. Een team van 20 jonge jongens die iedere week tweemaal trainen en competitie spelen en daar ook de hele week naar uitkijken. Mark van Iersel van VCB vertelt dat voetballen écht bij hen leeft en heel belangrijk is voor hen. Ze zijn super enthousiast en dat voor een team waar, totdat ze bij VCB kwamen, pas één van hen ooit op een voetbalveld had gestaan.
Hoe zou het gaan?
Ruim een half jaar geleden kwamen zo’n 45 jongeren tussen 14-18 jaar in Beukenhof wonen. Jongeren die vanuit een oorlogsgebied gevlucht zijn en daarom ook perspectief hebben op een verblijfsvergunning. Er was best wel huiver in Biezenmortel wat het zou betekenen als zo’n relatief grote groep jongeren in zo’n kleine plaats zou komen, waar verder ook niet veel vertier is. Toegezegd was dat er goede begeleiding zou zijn en dat er zeker een goed programma voor hen zou komen.
En hoe gaat het nu?
Het gaat heel goed. Iedereen die ik gesproken heb vertelt dat er geen enkele overlast is. Dat ze allemaal heel aardig en vriendelijk zijn, proberen contact te maken in zo goed mogelijk Nederlands.
Sterk huis zorgt voor de begeleiding en dat doen ze goed! Er is altijd begeleiding voor de groep, overdag en ’s nachts. Begeleiding hebben ze ook op individueel niveau.
Alleen zijn in een vreemd land. Veel van hen weten niet wat er met hun familie is gebeurd en hoe het daarmee gaat. Gaan ze die ooit nog zien, leven zij nog? Anderen hebben wel contact, maar missen ouders, broers en zussen.
Ze leven ineens met ruim 40 anderen die in hetzelfde schuitje zitten en moeten proberen een nieuw leven op te bouwen. En dan is natuurlijk ook de spanning rondom de asielprocedures. Kortom: veel stress voor jongeren die ze eigenlijk niet op deze leeftijd zouden moeten hebben.
De jongens hebben een druk programma. Zij hebben vijf dagen school. Ze krijgen Nederlandse taal, op drie niveaus, Engels, rekenen, digitale vaardigheden, burgerschap en sporten. De begeleiders proberen te bereiken dat ze zo snel mogelijk kennis maken met de Nederlandse gewoonten, het leefritme van Nederlanders. Taal is daarbij heel belangrijk want dat geeft hen ook de gelegenheid om geleidelijk meer verbinding te krijgen met Nederlandse jongeren.
Wekelijks krijgen ze ook zwemles in Tilburg. Voor verschillende van de jongeren is dat heel spannend. Water staat gelijk met angst en gevaar. Veel van hen zijn in gammele bootjes gevlucht. Water roept veel negatieve associaties bij hen op en dat overwinnen is zwaar.
Pop-up restaurant
In het leven in de groep proberen ze steeds zelfstandiger te worden, onder andere op het terrein van boodschappen doen en koken. Ze koken zo goed dat ze in april een pop-up restaurant hebben georganiseerd voor inwoners in Biezenmortel.
De jongeren hebben toen een drie gangen maaltijd verzorgd. Michelle Bosmans die dit mee ondersteunde vertelde dat dit binnen twee dagen vol zat met de reserveringen en er nu al een wachtlijst is voor de volgende keer. Helma Mallens was een van de gelukkigen die op tijd was met reserveren. Zij vertelt dat het voortreffelijk georganiseerd was. Alle jongeren in hetzelfde T-shirt, iedereen werd heel gastvrij benaderd. Omdat gerechten ook deels met de hand worden gegeten, werd bij iedereen met behulp van een zilveren kan en schaal de handen gewassen. Men voelde zich zeer welkom en het eten was heerlijk. Kip, spinazie, rijst, ingrediënten die we als Nederlanders kennen, maar dan heel anders klaargemaakt vanuit de Eritrese en Syrische keuken. Helma zegt dat het hartverwarmends was te merken dat de jongens als één familie overkwam.
Michelle Bosmans die het pop-up restaurant mee ondersteund heeft, met name de reserveringen, vertelt dat gekeken wordt op welke manier zij nog meer verbinding kunnen krijgen met jongeren in Biezenmortel. Samen met de jongerenorganisatie wordt gekeken of er een. Inloop bij het scouting gebouw kan komen. Dat gebouw heeft scouting ook beschikbaar gesteld voor activiteiten.
Biezenmortel weet nog niet hoe het verder gaat, maar iedereen is het over een ding eens: Het gaat heel goed en er is geen overlast.
Tekst: Wilma de Jong-Verspeek, de wegwijzer
Foto’s: Sterk Huis