“Een schaapherder moet echt passie hebben voor zijn vak en de dieren, anders hou je het niet vol”

Dat vertellen de Udenhoutse schaapherder Bram Haen, en zijn vriendin en schaapherder Dana van Loo. “Soms heb je eenzame weken op de hei, een andere keer loop je met je schapen langs een fietspad in de Loonse en Drunense duinen en heb je heel veel, ook heel verschillende, gesprekken met voorbijgangers. En natuurlijk moet je er altijd zijn voor de dieren, in weer en wind, bij meer dan 30 graden in de volle zon, of in de stromende regen, elk seizoen van het jaar.”

Als ik vraag hoe je schaapherder wordt, vertellen Bram en Dana dat iedereen dat doet via zijn/haar eigen weg. Bram studeerde Ecologie and Wild Life en liep als 17-jarige stage bij Bart van Ekkendonk, schaapherder in de Loonse en Drunense duinen. “Ik was niet meteen verkocht, maar vond het wel leuk en was er goed in”. Via zijweggetjes kwam hij toch altijd weer bij de schapen terecht. Dana groeide op met dieren en volgde de Opleiding Dierverzorging. Op 16-jarige leeftijd kreeg ze haar eigen Bordercollie. “Al trainende vroeg ik me af hoe mijn hond het zou doen met een koppeltje schapen. Ik kreeg interesse in het vak van schaapherder en via vrijwilligerswerk in een schaapstal rolde ik in het werk”.

Van Dana en Bram leer ik dat schapen met een herder in Nederland meestal niet voor de wol of het vlees gehouden worden, zoals in andere landen. Schapen worden ingezet als begrazers van natuurgebieden in opdracht van bijvoorbeeld Natuurmonumenten, Brabants Landschap, de Gemeente Tilburg. De schapen houden het natuurgebied open. Bram en Dana lopen op dit moment als ZZP-er in opdracht van De Lachende Ooi met ongeveer 250 schapen op de Cartierheide bij Hapert (Bram), en op de Lanschotse heide bij Middelbeers (Dana). De omgang met de dieren is volgens Dana en Bram in ieder land anders. In Engeland bijvoorbeeld worden de schapen niet permanent begeleid door een herder. Op gezette tijden rijdt daar een herder op een quad door de natuurgebieden voor een snelle controle.

‘s Morgens voor half 8 zijn Bram en Dana bij hun kudde en laten ze de schapen vrij uit het zogenaamde nachtraster. Daarbij kunnen ze de dieren een voor een controleren. (Dat was vooral afgelopen zomermaanden belangrijk, toen de kuddes geraakt werden door het blauwtongvirus). Vervolgens gaan de schapen met de schaapherder de hei op. De herder kan daarbij niet zonder de hulp van de herdershond. Schaapherders zijn dan ook erg zuinig op hun honden. De honden leggen soms wel afstanden af van 40 kilometer per dag!

Dana en Bram benadrukken de grote betrokkenheid van de herder met zijn schapen. Kennis van het natuurlijke gedrag van de schapen, en medische kennis bij ziekte en bevallingen is noodzakelijk. “De schaapherder werkt samen met de natuur, in plaats van tegen de essentie van de natuur in te gaan”, vertelt Bram. Dat is dan ook meteen de levensvisie van deze twee gepassioneerde jonge mensen.

Tekst: Nelleke Sträter, de Wegwijzer
Foto’s: Henny Schilders, de Wegwijzer

Vader Marinus was de Duitsers te slim af …

Jan van Groenendaal is thans 88, maar hij vertelt nog altijd met trots hoe zijn vader 80 jaar geleden de Duitsers regelmatig te slim af is geweest. Jan woonde met zijn ouders, broer en vijf zussen op het eind van de oorlog in een langgevelboerderij aan de Houtsestraat, vlakbij de Loonse Molenstraat.
“Van de oorlog hebben wij eigenlijk niet zo heel veel gemerkt”, zegt hij, “Door het oorlogsgeweld waren er wel enorm diepe kuilen in de weg, maar die zagen wij als kinderen meer als speelterrein. Er waren toen ook Duitsers bij ons ingekwartierd en ik herinner me dat er militaire vrachtwagens achter het huis stonden. Maar in het algemeen waren de bezetters niet onaardig”.

Toen de bevrijding naderde, werd het allemaal veel minder vriendelijk. De “Van Groenendaals” wisten veel kostbaars verborgen te houden voor de grijpgrage Duitsers. Dat gold voor hun radio (een verboden apparaat) en dat gold ook voor hun paard en wagen.
Op het eind van de oorlog stalen de Duitsers alles, wat ze maar konden gebruiken. Vader Marinus had zijn paard echter goed verstopt. Het dier stond in een droogevallen bedding van de Leij en was goed gecamoufleerd met bomen, takken, graspollen e.d. Vader had ook een wagen op luchtbanden. In die tijd was dat een zeldzaam en kostbaar object, dat zeker door de Duitsers zou zijn gevorderd. De wagen was echter uitstekend ingepakt in stro en werd niet ontdekt. Ook wist vader Marinus zichzelf uit handen van de Duitsers te houden. Kennelijk had hij iets verkeerds gezegd of gedaan, waardoor ze het op hem gemunt hadden. Gelukkig werd hij tijdig gewaarschuwd door Driesoom en kon hij vluchten. Hij heeft toen in de bossen geslapen. En dat bleek niet voor niets te zijn, want de Duitsers kwamen hem halen en schreeuwden: “Wo ist der Mann?”

Het ouderlijk huis van Jan van Groenendaal

De bevrijding zelf kan Jan zich ook nog goed voor de geest halen. “Bij ons was het eigenlijk razendsnel gebeurd”, zegt hij, “de Duitsers trokken weg richting het dorp. Vrijwel meteen daarna kwamen de “Tommies” met hun tanks vanuit de richting Loon op Zand. Er werd ook niet gevochten, hoewel verderop in de Houtsestraat wel de boerderij van Jos Kroot in brand was geschoten”.
Jan weet ook nog dat zijn oudere broer Jo een kruitbus vond. Vader van Groenendaal gaf hem met klem te kennen dat hij er vanaf moest blijven, maar Jo (toen een jaar of 13) was eigenwijs en maakte de bus open. Hij stak zelfs een lucifer aan met een enorme steekvlam als gevolg. Wonder boven wonder mankeerde Jo vrijwel niets. Alleen zijn hoofdhaar en zijn wenkbrauwen waren volledig weggeschroeid.

Het levenspad van de broers Jo en Jan is aardig parallel gelopen. Ze gingen allebei boeren in de Gommelsestraat, tegenover elkaar. Ze trouwden ook allebei met een meisje uit Boxtel, sterker nog met twee zusjes. Jo was getrouwd met Jeanne en Jan met Cisca Spierings. Hoewel Jan thans helaas ernstig ziek is, woont hij nog steeds samen met Cisca in een mooi pand in de Molenhoefstraat aan de rand van de bebouwde kom van Udenhout.

Tekst: Jan de Kort
Foto’s: Henny Schilders en Erfgoedcentrum ’t Schoor

Wat een geweldige band… ‘Bee Gees Forever’… waauw

De programma makers bij ontmoetingscentrum ’t Plein hadden het al heel snel gezien toen ze ongeveer een jaar geleden naar ‘The Tribute – Battle Of The Bands’ zaten te kijken op TV.
“Die band moeten we hebben!” En dan hebben we het over ‘BeeGees Forever’.
En dat ze het bij het goede eind hadden bleek wel toen deze band uiteindelijk de winnaar van die Battle werd. En dat was ook terug te zien in de kaartverkoop.
Maar liefst drie(!) keer werd ’t Plein uitverkocht waarvan er afgelopen weekend dus 2 optredens plaatsvonden.

En wat hebben deze jongens de verwachtingen meer dan waar gemaakt. Vanaf het eerste nummer was het gelijk raak. Het enthousiasme spatte er vanaf en wisten ze over te brengen op het publiek, die alle bekende nummers van de BeeGees mee konden zingen.
Alle hits kwamen aan bod. Het was goed dat er een pauze in zat zodat iedereen weer een beetje op adem kon komen. Want dat de gemiddelde leeftijd van het publiek wat hoger lag, zal niemand verbazen.
En daarmee laat ’t Plein gelijk zien dat het voor alle leeftijdsgroepen wel wat op de kalender heeft staan. Zo is er op 3 november een disco middag/avond met o.a. Paul Rabbering en zal op 30 november de originele bezetting van de band Drukwerk (je weet wel, die zanger met dat rode petje) het podium in ’t Plein in bezit nemen. Hiervoor zijn nog maar enkele kaarten beschikbaar!

Ondertussen kwam op het podium het optreden van BeeGees Forever tot een eind nadat ze hun net uitgekomen eigen nummer gezongen hadden.
Dit is er ook de reden van dat de naam van de band is veranderd. De band zal voortaan onder de naam ‘MainCourse’ te boeken zijn. Maar mocht je een kaartje hebben voor het derde en laatste optreden in ’t Plein waar ‘BeeGees Forever’ op staat, dan kom je er toch wel gewoon in!


Tekst/foto: Pieter Michielsen, de Wegwijzer

Udenhoutse werd slachtoffer van nep-agenten

“Ik dacht dat mij dit niet kon overkomen”

Ze was in het verleden weleens gebeld door duistere lieden die zich voordeden als bankmedewerkers. Die had ze snel door en maakten bij haar dus geen schijn van kans. Claudia uit Udenhout is een zelfverzekerde, oplettende vrouw die dacht dat ze nooit slachtoffer zou worden van een babbeltruc. Toch is het haar onlangs overkomen. Ze wil haar verhaal delen om anderen te waarschuwen, want de manier waarop criminelen te werk gaan is zo sluw, dat zelfs oplettende mensen slachtoffer kunnen worden.

Een telefoontje van de “politie”
“Het begon met een telefoontje via mijn vaste lijn” vertelt Claudia. Aan de andere kant van de lijn was een man die zich voordeed als politieagent van het politieteam Tilburg-Noord. “Hij vertelde dat er in Berkel-Enschot iemand in zijn woning was overvallen door twee mannen, en dat één van de daders inmiddels was opgepakt. Bij hem zouden ze een briefje hebben gevonden met drie adressen, waaronder dat van mij.” De bewoners van de andere twee adressen waren overvallen en de kans was volgens hem aannemelijk dat ik de volgende zou worden. ”Heeft u toevallig verdachte personen voorbij zien komen”, vroeg hij haar nog. Dat was het begin van een sluwe manipulatie, waardoor Claudia al snel op scherp stond. “Je schrikt meteen als je hoort dat er een overvaller rondloopt met jouw adres op zak. Ik voelde de spanning en ging zelfs voor het raam staan om te zien of er iets verdachts gebeurde. De man verbond me door met de recherche die me verder kon helpen.” Die zogenaamde rechercheur vroeg Claudia of ze geld of sieraden in huis had, en of dat misschien de reden was waarom haar adres op het briefje stond. “Mijn sieraden hebben vooral emotionele waarde, en ik heb nauwelijks contant geld in huis” legde Claudia uit. Dit leek de oplichters echter niet te deren. “Hij vertelde me dat het voor hun onderzoek belangrijk was, dat de politie foto’s van mijn sieraden kwam maken. Ook voor de verzekering zou dat handig zijn, mocht er iets gebeuren.”

Twijfels
Dat was het eerste moment dat Claudia twijfel voelde. “Maar door de overtuigende en dringende toon van de nepagent, onderdrukte ik dat gevoel. Ik had eigenlijk geen zin om iemand aan de deur te krijgen, maar de man bleef maar praten en benadrukken hoe belangrijk het was. Hij vertelde ook dat het een kleine moeite was, dat er een collega in de buurt was en dat het in 10 minuten afgewerkt zou kunnen zijn. Terwijl ik nog met hem in gesprek was, ging de deurbel en stond er een jonge man in zwarte burgerkleding voor mijn deur, die me direct een pasje met een politielogo liet zien. Dit was mijn tweede moment van twijfel”, herinnert Claudia zich. Maar ze kreeg geen ruimte om dat gevoel echt aandacht te geven. “De man vroeg of ik zijn collega, die ik nog aan de lijn had, wilde vragen hoeveel foto’s hij moest maken”. Nog steeds aarzelend pakte ze uiteindelijk haar sieraden, zodat de man ze kon fotograferen. “Ik had echt het gevoel dat ik moest meewerken. Het ging allemaal zo dwingend en overtuigend. Maar toen de man klaar was met ‘fotograferen’, griste hij de sieraden weg en rende de deur uit. “Ik ben nog steeds boos op mezelf dat ik erin ben getrapt” zegt ze. “Ik had mijn twijfels, maar die criminelen weten precies hoe ze je moeten bespelen. Het gaat zo geraffineerd en dwingend. Dit kan echt iedereen overkomen.”

Breek het gesprek af en bel zelf terug
Claudia hoopt met haar verhaal anderen te waarschuwen voor dit soort oplichtingspraktijken. “Als je twijfelt of merkt dat iemand je onder druk zet, pak dan de regie. Breek het gesprek resoluut af en bel zelf de politie terug”, is haar advies. Wijkagent Harm Muntz beaamt dat en benadrukt dat echte agenten nooit telefonisch om sieraden of waardevolle spullen vragen. Claudia’s verhaal is helaas niet uniek, Dagelijks worden mensen het doelwit van dit soort geraffineerde criminelen. Ook in Udenhout worden mensen slachtoffer.

Op verzoek van het slachtoffer hebben we niet haar echte naam vermeld.

Tekst en beeld: Henny Schilders, De Wegwijzer

Aai aai aai AI… wat staat ons allemaal te wachten?

Vrijdagavond 4 oktober was de eerste avond van een drietal avonden die door de Culturele steenoven georganiseerd gaan worden met als thema AI (artificial intelligence) ofwel kunstmatige intelligentie.
De avond was opgesplitst in twee delen waarbij de volle zaal voor de pauze kon luisteren naar een presentatie over het ontstaan van AI, wat het eigenlijk is en waar het voor in gezet kan worden (en al ingezet wordt).
Na de pauze werden de verschillende mogelijkheden gedemonstreerd. Hoe laat je AI een stuk tekst schrijven, wat voor foto’s kan AI voor je maken/samenstellen en de verschillende mogelijkheden rond het maken van bewegend beeld.

Voor dit verslag hebben we de ‘journalist van AI’ gevraagd om deze avond te verslaan.
Uiteraard hebben we de computer wel voorzien van de nodige informatie, omdat AI op zich eigenlijk best ‘dom’ is. Met die informatie hebben hebben ze er het volgende van gemaakt;

“Afgelopen vrijdag vond in de Culturele Steenoven in Udenhout een inspirerende informatieavond plaats over kunstmatige intelligentie (AI). Digilab Tilburg was aanwezig om de aanwezigen inzicht te geven in wat AI precies is en welke toepassingen er zijn. De demonstratie van verschillende programma’s, zoals ChatGPT, DALL-E, Runway en Udio, trok veel belangstelling.

De deelnemers kregen niet alleen een theoretische uitleg, maar ook praktische voorbeelden uit de regio. Zo werd besproken hoe AI kan bijdragen aan een dementievriendelijk Udenhout, met oplossingen die de communicatie en zorg voor bewoners kunnen verbeteren. Ook de subsidieaanvraag, in het plat Tilburgs, voor een klusteam kwam aan bod, wat de lokale betrokkenheid benadrukte.

Tijdens de avond kregen de deelnemers de kans om zelf aan de slag te gaan met AI-tools. Ze creëerden foto’s en filmpjes, wat de creatieve mogelijkheden van technologie in een toegankelijk licht stelde. De avond eindigde met levendige discussies over de toekomst van AI en de impact op de gemeenschap, wat de interesse voor deze innovatieve technologie verder aanwakkerde. Een geslaagde avond vol kennisdeling en samenwerking!”

Je ziet, op een aantal punten gaat het niet helemaal goed en mogen we allemaal heel blij zijn dat we in Udenhout ‘gewoon’ de correspondenten van De Wegwijzer hebben!

Ook hebben wij zelf een foto gemaakt en aan AI gevraagd of hij, zij of het er mogelijk was nog meer stoelen te plaatsen met nog meer bezoekers.
Hieronder de foto die wij gemaakt hebben en op de pagina hiernaast het resultaat nadat we AI er even op los gelaten hebben.

Een avond die niet alleen veel duidelijk heeft gemaakt over AI en zijn (on)mogelijkheden, maar ongetwijfeld ook vele aanwezigen nieuwsgierig heeft gemaakt.
Het gevolg zal zijn dat de volgende bijeenkomst op 8 december, druk bezocht zal worden. Ook weer in ’t Plein, kunt u zelf zien en ervaren wat de mogelijkheden allemaal zijn.

 

 

 

 

Tekst: Pieter Michielsen, De Wegwijzer en ChatGPT
Foto: Pieter Michielsen, De Wegwijzer en Chat

Wij dachten veilig te zijn, maar dat was niet zo…..

Gedurende de oorlog èn daarna woonde Lies Kuypers “op de Zandkant”. Ze was een dochter van Nol Kuypers en op het einde van de oorlog elf jaar. Ze had drie oudere broers en drie jongere zussen. “Er stonden in onze buurt maar een paar huizen”, zegt Lies, “o.a. van twee broers van mijn vader, ome Kees en ome Geert. Het was daar aan de rand van de duinen erg rustig en iedereen dacht dat we daar wel veilig zaten, omdat we daar zo eenzaam woonden”.
Toen begon de bevrijding. Steeds meer Duitsers trokken zich o.a. terug in de richting van de duinen. Er werden loopgraven aangelegd en er kwamen steeds meer V1-s overvliegen. De families Nol en Geert Kuypers en Bart langenberg zaten meer wel dan niet in de schuilkelder; vaak wel met zo’n 20 personen. Vader Nol Kuypers zwaaide met een witte vlag uit het zolderraam, maar toch werd de sfeer steeds grimmiger en vijandiger. De Duitsers namen de boerderijen en huizen in. Kennelijk waren ze van plan om aan de duinwal stand te houden.
Het werd de familie Kuypers te heet onder de voeten; ze vluchtten. Lies weet nog dat ze dwars door de weilanden liepen. Vader met een fiets. Moeder, die problemen had met een open been, daar achterop en de kinderen er achteraan. In de Biezenmortelsestraat werden ze opgevangen bij Bart van Iersel – Brekelmans. Ze kregen er onderdak en hebben er drie dagen gebivakkeerd. Biezenmortel werd al bevrijd toen de familie Kuypers nog maar net was aangekomen bij de familie van Iersel. Het was toen allemaal zo hectisch, dat Lies zich dat niet meer precies kan herinneren. Wel weet ze dat er “tjoclat and cigarettes” werden uitgedeeld en dat iedereen ongelooflijk blij was.
Maar voor de evacué’s uit de Zandkant was het zeker nog niet voorbij. Dagen- en nachtenlang hoorden ze dat er in de buurt van hun boerderij en aan de duinrand geschoten werd. Ze zagen ook de vuurgloed van huizen die in brand stonden.
Na ruim drie dagen waren de gevechten voorbij en kon de familie Kuypers terug naar huis. Lies weet nog dat ze toen, ongeveer ter hoogte van waar nu de VCB-velden liggen, nietsvermoedend een handgranaat heeft opgeraapt. Ze heeft dat ding gelukkig ook weer rustig teruggelegd, zonder dat het explodeerde.
Het was natuurlijk spannend hoe ze hun huis aan zouden treffen. Dat viel gelukkig erg mee, maar er waren wel veel andere huizen en boerderijen aan de duinrand kapot geschoten en afgebrand. Nòg erger was, dat een buurman, Frenske Langenberg, bleek te zijn doodgeschoten. Frenske was, als een van de weinigen in de Zandkant, niet gevlucht toen de Duitsers kwamen. Waarschijnlijk zal hij zich wel in zijn huis hebben verschanst. Hij was ongeveer 65 jaar, vrijgezel en hij woonde daar samen met zijn zus.
Hij moet steeds luider het loeien hebben gehoord van de koeien van een oom van Lies, Kees Kuypers. Die stonden op stal en hadden niets te eten of te drinken. Frenske is ze los gaan maken, zodat ze naar de wei konden. Dat is hem noodlottig geworden.
Lies weet ook nog, dat de Duitsers bij hun aftocht een aantal Biezenmortelse gijzelaars hebben meegenomen naar Drunen. Onder andere was daar Kees van Iersel bij, de zoon van de bovenmeester. Gelukkig zijn deze gijzelaars allemaal heelhuids teruggekomen.
Lies trouwde na de oorlog met Jo Brekelmans, die in de EBI-gevangenis van Vught heeft gewerkt. Ze woont thans, nog altijd zelfstandig, in het centrum van Udenhout.

Tekst: Jan de Kort
Portretfoto: Henny Schilders, De Wegwijzer
Foto ouderlijk huis: Fam. Kuijpers

Dames groep van Volksdansvereniging ’t Akkedeert viert 50 jarig jubileum

Vijftig jaar bewegen op muziek, danspassen instuderen, zelf kostuums maken, optredens verzorgen, vijftig jaar lief en leed delen, vijftig jaar gezelligheid. Genoeg redenen om dit jubileum te vieren.

Een stukje historie
Cor Smits, Joke de Jong en Cisca van Groenendaal vertellen dat de Katholieke Vrouwenorganisatie (KVO) Kring Tilburg in 1974 een cursus volksdansen organiseerde. Trees Verhoeven, Annie Verhoeven en Cisca van Groenendaal namen deel en brachten het volksdansen naar Udenhout. Een dames groep van 14 dames uit Udenhout en Biezenmortel ging dat jaar enthousiast van start.

In 1991 was volksdansen een onderdeel van KPJ Senioren sportdag. Ook mannen bleken het leuk te vinden om te dansen en op 16 oktober werd de gemengde dansgroep ’t Akkedeert opgericht.
Meerdere dames uit de dames groep dansten ook in de gemengde groep. En dat is nog altijd zo. Bij de opheffing van de KVO (ging over in EVA), fuseerde de dames groep met ’t Akkedeert. Optredens waren er bij uitwisselingen, Unentse Mert, Kersttocht, Zorginstellingen, Kasteelfeest, en Gildefeest. Ook ging de groep op pad met de Reuzen.

Inmiddels zijn de dames op leeftijd. Marietje Vermeer is lid van de vereniging vanaf het eerste uur en tevens het oudste lid. Zij is 95 jaar. Het jongste lid is 63. Gemiddeld zijn de dames 80 jaar. Maar er wordt nog altijd enthousiast gedanst onder leiding van Annie Heuvelmans en Francy Verspeek. Van de klompendans tot line dance, er wordt zelfs gedanst op “de Engelbewaarder”. Lichaam en geest worden iedere week goed getraind. Ieder jaar wordt het seizoen afgesloten met een gezellig jaaruitje en tijdens de vrije zomermaanden wordt er samen koffie gedronken en, voor wie dat kan, een rondje gefietst. Er is jammer genoeg geen jonge aanwas meer. Sinds Coronatijd zijn er nauwelijks nog optredens geweest. “Want als we optreden willen we wel netjes voor de dag komen”, aldus Joke. Het plezier, de gezelligheid en saamhorigheid zijn er niet minder om.

Het jubileum wordt dit jaar gevierd met een boottocht met een hapje en drankje voor de leden van de dames groep en de gemengde groep. Daarnaast is er een reünie op 15 oktober in het Raadhuis, waarvoor leden en oud leden uitgenodigd zijn. Ook de leden van de gemengde groep zijn deze middag welkom. Samen kunnen zij herinneringen ophalen, ook aan de hand van een foto- en kostuum tentoonstelling, onder het genot van een glaasje.

De Wegwijzer wenst de dames groep van harte geluk met hun 50 jarig bestaan, een heel mooi jubileumfeest en nog vele jaren dansplezier en gezelligheid.

Tekst: Nelleke Sträter, de Wegwijzer
Foto 1977: ’t Akkedeert
Foto 2007: Henny Schilders

Violenactie Basisschool De Wichelroede

Bedankt voor uw bestelling! De opbrengst van de violenactie is volledig voor de leerlingen bestemd. Met dit geld worden diverse projecten ondersteund op de onder- en bovenbouw. 
Uw bestelling kunt u afhalen op zaterdag 12 oktober 2024 tussen 9.00 en 12.00 uur, op de speelplaats van de bovenbouw aan de van Heeswijkstraat 1b in Udenhout.

Let op: Niet opgehaalde violen worden direct na het afhaalmoment (om 12.00 uur) weggegeven aan een goed doel. Wij kunnen deze niet voor u bewaren om ze op een later tijdstip alsnog op te halen.

Vergeet uw afhaalbewijs niet mee te nemen en denk aan een krat of doos om uw violen in te vervoeren.

Heeft u nog oude kleding liggen? U kunt deze inleveren op het moment dat u de violen ophaalt.

Oudervereniging Basisschool de Wichelroede

Van den Bersselaar Constructie zet jubilarissen in de bloemetjes

Op vrijdag 27 september was het weer eens zover. Aan de lange rij 40-jarige jubilarissen werd een nieuwe toegevoegd.
Dit keer was Wil Vromans degene die het Gouden Insigne 1777 mocht ontvangen. Vader Ad Vromans, bekend Udenhouter als uitbater van de voormalige Hubo aan de Slimstraat, had een baantje voor Wil geregeld.  En nu: 40 jaar daarna is Wil nog steeds bij Van den Bersselaar actief. Hij begon als leerling-monteur en is uitgegroeid tot een all-rounder die heel Nederland doorkruist heeft.  Wil is een op-en-top vakman die –zo zeggen collega’s- altijd voor hen klaar staat en een helpende hand biedt.  Ook klanten geven hoog op van Wil.  Hij is een pietje precies en verlaat de bouwplaats pas als alles netjes is gemonteerd en opgeruimd is.

Ook Maarten van de Wouw uit Moergestel mocht wederom in de spot-lights. Twee jaar geleden was hij 40 jaar in dienst en nu is de tijd gekomen van het grote genieten: zijn pensioendatum dus. Maarten heeft als samensteller vele projecten door zijn handen zien gaan.  Ook hij staat bekend als zeer secuur en is in staat complexe staalprojecten tot een goed einde te brengen.  Daarnaast heeft Maarten veel leerlingen de fijne kneepjes van het metaalbewerken bijgebracht en zorgde hij daarmee voor zijn eigen opvolgers.

Van den Bersselaar is erg trots op beide vakkanjers en hun lange dienstverband.  Zij zijn de funderingspalen van ons bedrijf.  Zonder hen kunnen wij niet waarmaken wat wij aan onze klanten beloven, aldus Hans van den Bersselaar in zijn toespraak tot de feestelingen.

 

Kees v.d. Bersselaar heeft nog steeds vragen

De oorlog is al 80 jaar voorbij; Kees heeft er veel over gelezen en geschreven, o.a. over de bevrijding van Udenhout en Biezenmortel. En toch resteren nog vraagtekens. Zo weet hij niet hoe de marsroute van de geallieerde troepen toen precies was. Hij vermoedt, dat de troepen die Udenhout na de bevrijding van Biezenmortel naderden, zich hebben gesplitst. Een deel ging vermoedelijk richting de duinen, waarheen een aantal Duitsers was gevlucht. Een ander deel kwam Udenhout binnen via de Groenstraat (“den Del”). 
Kees weet nog dat er een Duits mitrailleursnest was, dat zich bevond op ongeveer de plaats waar nu de Eikenlaan ligt.
Eerder op de dag dat Udenhout zou worden bevrijd, zag Kees een groep Duitse militairen vluchten via de westelijke spoorsloot richting Berkel-Enschot.
Het is denkbaar dat een aantal geallieerde tanks na de Groenstraat een omtrekkende beweging heeft gemaakt. Wellicht om de door de spoorsloot vluchtende Duitse soldaten de pas af te snijden. Of om het mitrailleursnest onschadelijk te maken. Het zou in elk geval verklaren, dat de familie v.d. Ven de geallieerde tanks vanaf het zuiden zag naderen (zie een vorig artikel).

“De ouderlijke woning van Kees aan de huidige Kreitenmolenstraat”

Op het moment van de bevrijding zelf, zat de toen 10 jarige Kees v.d. Bersselaar met zijn familie en buren in de schuilkelder (totaal ongeveer 20 personen). Daar bleven ze de hele middag tot het nagenoeg donker was. Veel schuilkelders, die achter de huizen waren gegraven, waren met elkaar verbonden. “Aan onze kant van de Kreitenmolenstraat”, aldus Kees, “had je naast elkaar de huizen van de families Scheffers en v.d. Steen. Daarnaast woonden wij (Toon v.d.Bersselaar) en vervolgens kwamen Dekkers-Schuurmans en Snoeren-Dekkers. Onze kelder was in elk geval verbonden met die van de familie Dekkers-Schuurmans, maar ik vermoed dat er nog wel meer doorgangen waren. Vaak waren buren ook familie en hadden ze gezamenlijke schuilmogelijkheden. Dat was bijvoorbeeld het geval met onze buren links. En dan had je bij Snoeren-Dekkers ook nog huisarts Goossens, die zich daar in ‘42/’43 gevestigd had met een eigen praktijk”.
Vóór deze praktijk èn voor het huis van Jan Scheffers zag Kees ook witte vlaggen, toen hij ‘s avonds naar buiten durfde te kijken. Bovendien zag hij ook een Britse militair, die met zijn revolver zat te spelen. En hij zag schuin aan de overkant (tegenover waar nu de Sportlaan begint) ook de boerderij van Marinuske Mathijssen in brand staan. “Het was een zeer heftige tijd”, zegt Kees, “we hebben vaak, meestal in de schuilkelder, volop gebeden voor ons lijfsbehoud”.

De overbuurman van Kees, Kiske Lommers, heeft misschien ook volop gebeden. Maar dat zou hij dan toch op een heel bijzondere plaats hebben gedaan. Er wordt verteld dat Kiske de bevrijding van Udenhout volledig “live” heeft gevolgd, terwijl hij boven op een regenput stond…!

“Kees (2e van links) met broertjes, zusje en zijn vader (geheel rechts) met twee Poolse militairen die bij hen ingekwartierd waren.”

De heer v.d. Bersselaar memoreert tenslotte laconiek dat ook hij een unieke oorlogsgeschiedenis heeft. “Ik ben het laatste Udenhoutse oorlogsslachtoffer”, zegt hij. “Maanden na de bevrijding van Udenhout, in februari ‘45, speelde ik nietsvermoedend met munitie. Die is geëxplodeerd. Ik ben toen 8 weken in het ziekenhuis opgenomen geweest. Weer jaren later, in 1950, bleek dat mijn rechteroog niet te redden was. Het is toen operatief verwijderd”.

 

Tekst: Jan de Kort
Portretfoto: Henny Schilders
Oude foto’s: Kees v.d. Bersselaar