Er was nog een vuurgevecht niet ver van ons huis

Riet Beerens woonde tijdens de bevrijding op “’t Voorste Winkel”. Het buurtschap, dat nu bij Biezenmortel hoort, maakte 80 jaar geleden deel uit van Udenhout. Gelukkig was het er in het algemeen rustig gedurende de oorlog. En er was ook geen reden om aan te nemen dat er bij de bevrijding gevaarlijke dingen zouden gebeuren. Toch liep dat bijna anders.
Een peloton Duitse militairen vluchtte vanaf “’t Endeke” in de Groenstraat via een karrespoor (dat daar toen liep) naar ‘t Winkel. Maar daar vlakbij werden de Duitsers onverwacht ròch geconfronteerd met geallieerde troepen. Engelse tanks en pantserwagens rukten namelijk niet alleen op vanuit Helvoirt, maar ook vanaf Assisië. Deze laatste troepen troffen de Duitsers niet ver van de Winkelsestraat. Er volgde een kort, hevig vuurgevecht. Gelukkig zagen de Duitsers snel het hopeloze van hun situatie in en maakten ze rechtsomkeer. Waarschijnlijk is deze eenheid vervolgens terecht gekomen aan de duinwal. Hier hebben de Duitsers nog een drietal dagen stand gehouden.
“Het had dus ook helemaal anders met ons af kunnen lopen,” zegt Riet, “als de Duitsers iets verder waren geweest en de Engelsen wat minder ver. Dan hadden we zo maar midden in het oorlogsgeweld kunnen zitten.”
Het gezin Beerens (vader, moeder, drie kinderen en hun knecht Jan van der Loo) zat tijdens het hierboven beschreven vuurgevecht in hun schuilkelder.
“En toen waren er de Engelsen”, herinnert Riet zich. Jan van der Loo hoorde als eerste de Engelse soldaten praten. Hij vloog meteen de schuilkelder uit met het gezin Beerens achter hem aan. Jan ging ook gelijk om sigaretten vragen bij de voorbijrijdende militairen. Waarschijnlijk wist hij al via de radio, dat de bevrijders ook allerlei lekkers bij zich hadden, dat de bezette Nederlanders jarenlang hadden moeten ontberen. Die radio moest natuurlijk tijdens de oorlog wel verborgen blijven. Het apparaat kon enorme problemen veroorzaken, als de Duitsers ontdekten dat je er een had.
In ‘t Winkel had men wel re maken met Duitsers, die fietsen, paarden en andere waardevolle zaken vorderden, maar het gezin van Toontje Beerens heeft daar niet veel last van gehad. Er is in die periode in ‘t Winkel ook een vliegtuig neergestort. Vrijwel zeker is dat een geallieerd toestel geweest, maar dat weet Riet niet meer. Ook weet ze niet of de boerderij van Jo van Rooij in hun buurt, toentertijd afbrandde door oorlogsgeweld of door een andere oorzaak, zoals bijvoorbeeld de bliksem.
Wèl weet de toen 10 jarige Riet nog goed, dat ze elke dag te voet naar Udenhout naar school moest lopen. ‘t Winkel hoorde immers bij Udenhout en alle kinderen die er woonden, mochten niet naar school in het dichterbij gelegen Biezenmortel. “We bleven ‘s middags ook over in Udenhout”, zegt Riet, “en we aten daar onze boterhammen.” Riet kan zich niet herinneren, dat de kinderen toen in de onzekere dagen rond de bevrijding, thuis zijn gebleven van school.
Vele jaren na de bevrijding trouwde Riet met Sjef Mallens, met wie ze vier kinderen kreeg. Ze woont thans in een fijn huis in Udenhout met een heel mooie tuin. Ondanks haar 90 jaar houdt ze die tuin nog volledig zelf bij.


Tekst: Jan de Kort

Foto’s: Henny Schilders en familie Mallens – Beerens

 

Parochiespeld

Als in de dorpsquiz de vraag gesteld zou worden: ”wie poetst de kerk” zouden veel kandidaten waarschijnlijk het antwoord schuldig blijven. Toch zijn er dames die dit al jaren achter elkaar doen. Namens de Wegwijzer werd ik uitgenodigd om de uitreiking van de gouden parochiespeld bij te wonen. Joke van Balkom en Sjaan Wouters die al meer dan dertig jaar deze taak vervullen komen hier ruimschoots voor in aanmerking.

Als de parochies van Udenhout, Berkel-Enschot en Biezenmortel gaan samenwerken krijgen een nieuwe naam: Johannes XXIII parochie.
Omdat de kerk vaak afhankelijk is van vrijwilligers die de parochie ondersteunen bedachten ze de gouden parochiespeld. 
Het is bijna onbegonnen werk om de vrijwilligers die heel veel voor de gemeenschap doen op een bijzondere manier te bedanken, de waardering te laten voelen. Deze gouden speld is daar dus voor in het leven geroepen.
Het is een klein prachtig speldje passend bij mensen die meestal zelf vinden dat hun werk niet zoveel voorstelt.
Het werd een feestelijke bijeenkomst in de grote zaal van de pastorie. Koffie, appelflappen en veel pratende dames. Bijna alle vrijwillige poetssters zijn aanwezig, ook de tuinmannen en de koster geven acte de presence. Er zijn meerdere groepjes die om de drie weken de stofdoek weer laten wapperen. Ze poetsen de banken, stofzuigen de vloer enz. Als je dertig jaar om de 6 weken komt werken ben je er dus ruim 200 keer geweest.
Om de band tussen de dames goed te laten blijven is er een keer per jaar een vrijwilligersbijeenkomst en iedere week een kopje koffie na afloop.
Pastoor van Sprang en pastoor Looyaard hebben jaren een parochiehuishoudster gehad. De pastoor spreekt voor het overhandigen van de onderscheiding een woord van waardering.

Ik citeer “De vrijwilliger in een parochie is niet alleen nodig voor het vele werk, de vrijwilliger maakt mede de rijkdom van de geloofsgemeenschap, de rijkdom van de kerk uit. Het brengt niets op, maar je wordt er wel rijker van“.

Om nieuwe mensen te vinden die dit werk ook in de toekomst voort willen zetten zijn er 1200 brieven de deur uitgegaan. Ook de tuinmannen zitten te springen om aanvulling.
Mochten er mensen zijn die deze vrijwilligersgroep aan willen vullen dan zijn ze van harte welkom. 
Vroeger leerde je dat als je veel goede dingen voor anderen deed je hoog in de hemel kwam. Ik ben er dan ook heilig van overtuigd dat er een plaatsje is gereserveerd voor Joke en Sjaan.

Tekst/foto’s: Nel van Iersel, De Wegwijzer

Gemeenten Tilburg en Oisterwijk werken samen aan een nieuw circulair centrum

De gemeenten Tilburg en Oisterwijk willen samen een nieuw ‘circulair centrum’ maken aan de Hoolstraat 17 in Berkel-Enschot. Dat besloten beide colleges van burgemeester en wethouders op dinsdag 15 oktober. Het is de bedoeling dat inwoners van beide gemeenten hier vanaf 2028 gebruik van kunnen maken. Naast het wegbrengen van afval om te recyclen, kunnen zij er straks terecht voor het inleveren van spullen die ze niet meer nodig hebben. Deze zijn opnieuw te gebruiken. Als het nieuwe centrum opent, sluiten de huidige milieustraten in Berkel-Enschot (Hoolstraat 2B) en Oisterwijk (Veldweg 8).

Geen gewone milieustraat
Het circulair centrum wordt onderdeel van een netwerk met kringloopwinkels en andere bedrijven, die werken aan minder afval en hoogwaardig (her)gebruik van producten en materialen. Het circulaire centrum als inzamelingspunt voor alle soorten afval en voor spullen die een tweede leven krijgen. In het centrum komt ook ruimte voor educatieve activiteiten zoals trainingen, presentaties en evenementen waar het hergebruik van spullen wordt gestimuleerd. Daarmee is het veel meer dan een ‘gewone’ milieustraat. De samenwerking tussen de verschillende partijen moet zorgen voor efficiënter werken en een betere en uitgebreidere dienstverlening aan inwoners. Wethouder Maarten van Asten (Afval): “Het circulaire centrum is weer een stap in het bereiken van onze ambities om in 2050 als gemeente Tilburg klimaatneutraal te zijn. Zodat we ook in de toekomst een fijne plek zijn om te wonen, werken en bezoeken. Ik ben blij dat we hierbij samen optrekken met onze buurgemeente Oisterwijk.”

Wethouder Eric Logister van de gemeente Oisterwijk: “Ik ben blij met deze volgende stap op weg naar samenwerking met de gemeente Tilburg voor een Circulair Centrum op de grens van onze gemeente. Dit levert vooral voordelen op. We bieden onze inwoners met het Circulair Centrum straks meer mogelijkheden voor het aanbieden van afval, maar ook voor het hergebruik van materialen om afvalstromen te verminderen. En dat allemaal op één plek.”

Uitwerking plannen
De gemeenten Tilburg en Oisterwijk werken de precieze invulling van het centrum in de komende jaren uit. Dat gebeurt samen met omwonenden, samenwerkingspartners en andere belanghebbenden. Een aantal uitgangspunten zijn al bekend. Het nieuwe centrummoet goed passen in het landschap en in de buurt. De gemeenten gaan ook rekening houden met de hoeveelheid verkeer en de verkeersveiligheid in de buurt. Er komt een ontsluitingsweg naar de Kreitenmolenstraat in Udenhout. Er komt onder meer een afsprakensysteem om wachttijden en verkeersoverlast zoveel mogelijk te beperken. De gemeente Tilburg wordt eigenaar van het centrum. De gemeente Oisterwijk betaalt mee op basis van het aantal bezoekers.

Mien en Jac Vermeer-Burgmans 60 jaar getrouwd

14 oktober 1964 was de dag dat Mien en Jac trouwden en vanaf dat moment wonen ze aan de Schoorstraat. Een zus van Jac had verkering met de broer van Mien en zo hebben ze elkaar ontmoet. Mien heeft tot haar huwelijk gewerkt als hoofd huishoudelijke dienst bij Huize Bergen in Vught. Maar zoals toen gebruikelijk was, stopte dat meteen na haar huwelijk. Een van de vele dingen waaruit blijkt dat er toen een heel andere tijdsgeest heerste.

Inwonen bij ome Harrie
Net als nu, was er toen een groot tekort aan woonruimte. Mien en Jac gingen inwonen bij ome Harrie van Jac, een boerderij aan de Schoorstraat. Vanaf dat moment was ome Harrie een vaste gast aan tafel bij alle maaltijden. 29 jaar lang totdat ome Harrie op zijn 92e is overleden. Het was al meteen de bedoeling om vóór de boerderij een nieuwe woning voor hen te bouwen. Dit gebeurde en in 1967 konden ze die betrekken, waar ze nu nog steeds wonen. Ze hebben altijd een boerderij gehad met koeien, kippen, varkens en een moestuin. Die moestuin hebben ze nog steeds en daar werkt Jac nog steeds in.

Kinderen
Ze hebben drie kinderen: een zoon, Marijn en twee dochters, Ine en Joset. Ine heeft gekozen voor een carrière buiten de agrarische sector en is directeur van een school. De andere twee, Marijn en Joset zijn wel in de agrarische sector gebleven, maar hebben beiden een heel andere weg gekozen.
Marijn is in 1993 geëmigreerd naar Canada omdat daar de mogelijkheden om te boeren veel groter waren. Met zijn vrouw vestigde hij zich in de provincie Alberta en heeft daar een bedrijf met ongeveer 700 koeien.
Joset is 23 jaar geleden in de boerderij aan de schoorstraat komen wonen en zij en haar man Mark hebben Sprankenhof opgericht: een biologische tuin, winkel en keuken, die bij velen in Udenhout en omgeving bekend zijn. Joset en Mark hebben vier zonen.
Voor Mien en Jac heel leuk dat op hetzelfde terrein op een andere wijze hun nalatenschap zo wordt voorgezet.

Het feest
Ze hebben in feite een hele feestweek gehad vertellen ze. Marijn, met zijn vrouw, drie kinderen, hun partners en hun kleinkind zijn voor het feest overgekomen uit Canada. Omdat ze op verschillende momenten arriveerden was er voortdurend een verwelkoming met gezinsleden en bijpraten en genieten van elkaar. Bijzonder om hun eerste achterkleinkind in de armen te houden.
Twee zonen van Joset verbleven ook in het buitenland en ook die waren overgekomen. Met zoveel gezinsleden in het buitenland was de aanwezigheid van iedereen een unicum en dat bracht misschien wel het grootste feestgevoel voor Mien en Jac met zich mee.
Natuurlijk is er ook nog een feest geweest. Samen met overige familieleden en goede vrienden hebben ze een feestelijke lunch gehad op zondag 13 oktober in het witte kasteel in Loon op Zand. Met buurtgenoten hadden ze bij Sprankenhof op dinsdag 16 oktober nog een genoeglijke avond. Omdat ik een van die buurtgenoten ben kan ik met recht zeggen dat we een gezellige avond hebben gehad.

De Wegwijzer wenst Mien en Jac nog veel gelukkige jaren samen.

Tekst: Wilma de Jong-Verspeek, de Wegwijzer
Foto’s: Henny Schilders, de Wegwijzer

Samen stap voor stap naar een aardgasvrij Udenhout

Tussen nu en 2050 neemt de gemeente Tilburg afscheid van aardgas. Dat is noodzakelijk, omdat aardgas opraakt en de verbranding ervan schadelijk is voor het milieu. We schakelen daarom stap voor stap over op andere manieren om onze woningen te verwarmen. Dat doen we samen met partners en inwoners. Op 14 oktober was het startmoment om met elkaar aan de slag te gaan met een plan voor een aardgasvrij Udenhout: met inwoners, ondernemers en partners.

Starten waar de energie zit
Udenhout denkt graag mee over een duurzame energievoorziening en is al goed verenigd. Samen met Energiecoöperatie Udenhout, Stichting Green Deal Udenhout, TBV Wonen, Contact50, Ondernemersvereniging Udenhout, ContourdeTwern en de Dorpsraad is een werkgroep opgericht. Om deze samenwerking te vieren en te markeren dat we samen aan de slag gaan met een plan om Udenhout aardgasvrij te maken, kwamen de werkgroep en het projectteam van de gemeente op 14 oktober 2024 bij elkaar. Wethouder Yusuf Çelik (Verduurzaming en Energietransitie gebouwde omgeving) deed de aftrap: “Ik ben trots om hier te mogen staan, bij de ambassadeurs van de beweging van de energietransitie. Udenhout is voorloper in de WijkUitvoeringsPlannen voor de energievoorziening (WUPe) en daarmee een voorbeeld voor andere wijken en gebieden. Ik ben enorm onder de indruk van alle activiteiten die de Udenhouters organiseren. Als het ergens kan, is het in Udenhout”.

WijkUitvoeringsPlan Energievoorziening (WUPe) Udenhout
In het wijkuitvoeringsplan voor de energievoorziening komt te staan hoe we stoppen met het gebruik van aardgas en wat het alternatief wordt voor het verwarmen en koelen van de woningen en gebouwen in het dorp. Wat zijn de keuzes voor aardgasvrije warmtetechnieken, de benodigde warmtebronnen, opslagsystemen, infrastructuur en de manier waarop het gebruik van aardgas wordt afgebouwd. Samen met de inwoners, ondernemers en partners uit Udenhout maken we het plan.

Wat zijn de vervolgstappen?
De komende maanden maken we een gebiedsanalyse met als resultaat een dorpspaspoort. Daarin staan de gebieds- en woonwensen van de Udenhouters. In alle fasen is participatie en communicatie erg belangrijk. We betrekken de werkgroep intensief en houden andere partijen op de hoogte van de ontwikkelingen.

Meedenken? Meld je!
Vanaf begin 2025 betrekken we ook bewoners actief. Terugkoppeling op het dorpspaspoort is dan de eerste stap. Denk jij graag mee, heb je ideeën, zorgen of vragen over het proces om te komen tot een plan voor een aardgasvrij Udenhout? Neem dan contact met ons op via www.duurzamertilburg.nl/contact.

Op de hoogte blijven?
Kijk voor meer informatie op www.duurzamertilburg.nl/udenhout.

Sociale Raad Tilburg: nieuw lid gezocht!

De Sociale Raad Tilburg (SRT) heeft als opdracht het college van burgemeester en wethouders gevraagd en ongevraagd te adviseren over het sociaal domein. Dit betreft de Participatiewet, Jeugdwet en Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en thema’s als bestaanszekerheid, armoede, passend onderwijs en inburgering.

Profiel – specifiek
De SRT vindt het van belang om een veelheid aan kennis en ervaringen in de adviesraad te hebben. Daarom willen we onze culturele diversiteit versterken. Diversiteit, inclusie, discriminatie, uitsluiting: belangrijke thema’s waar wij graag meer deskundigheid over in de adviesraad willen.
Het sociaal domein is breed en alle thema’s zijn voor ons van belang. Het zou een mooi extraatje zijn als jij ook nog kennis en ervaring meebrengt wat betreft bestaanszekerheid/armoede/schuldhulpverlening.
Ben jij betrokken en actief binnen het sociaal domein en wil jij jouw expertise inzetten voor de SRT? Dan ontvangen wij graag jouw sollicitatie!

Profiel – algemeen
Jij bent een actieve inwoner uit Tilburg, Berkel-Enschot, Udenhout of Biezenmortel.
• Je bent betrokken bij mede-inwoners en weet wat er speelt in jouw buurt, stad of dorp.
• Wat jij ziet en hoort, kun jij vertalen naar aandachtspunten voor de adviezen die wij uitbrengen aan de gemeente.
• Je hebt kennis van (gedeelten van) het sociaal domein (Participatiewet – Jeugdzorg – Wmo) of van thema’s als armoede, inburgering, burgers in kwetsbare posities, burgers verbinden.
• Burgerparticipatie, ervaringskennis, meedoen van alle inwoners zijn rode draden in ons werk.

Onafhankelijke positie
Om de onafhankelijke positie van de SRT te waarborgen, zijn collegeleden, gekozen volksvertegenwoordigers en medewerkers van de gemeente Tilburg uitgesloten van lidmaatschap. Bij personen met bestuurlijke of managementfuncties wordt zorgvuldig mogelijke belangenverstrengeling gewogen.

Wat bieden wij
Als lid van de SRT lever je een bijdrage aan het ophalen van signalen in de stad die we inzetten voor het verbeteren van beleid en uitvoering.
De SRT biedt jou een gezellige werkomgeving en voldoende ruimte om vanuit jouw mogelijkheden, talenten en ervaring een bijdrage te leveren.
Wij bieden tal van kansen om jouw kennis en netwerk binnen het sociaal domein te vergroten.
De SRT wordt professioneel ondersteund door een (klein) ondersteuningsbureau.
Lid zijn van de SRT is een vrijwillige functie. Onkosten worden vergoed.

Praktische informatie
De Sociale Raad Tilburg vergadert maandelijks op een woensdagmiddag.
De omvang van de taak omvat ongeveer 4 uur per week.
Aanstelling vindt plaats ‘op persoonlijke titel, zonder last en ruggespraak’.

Procedure
Als je belangstelling hebt om lid te worden, kun je een korte motivatiebrief met cv sturen naar:
– per mail: m.van.bavel@socialeraadtilburg.nl
– of schriftelijk: Sociale Raad Tilburg, tav mevrouw M. van Bavel, beleidsmedewerkster.
Adres: Spoorlaan 444, 5038 CH Tilburg.

Alle sollicitaties die wij uiterlijk zondag 24 november 2024 ontvangen, nemen wij in behandeling.
Als je vragen hebt, meer informatie wilt of graag een informatiepakket ontvangt, kun je contact opnemen met Mariëtte van Bavel, telefoon: 013-4671955 / 06-12547529

Als Sociale Raad Tilburg worden we graag verrast!
Denk jij dat jij een bijdrage kunt leveren aan het werk van de Sociale Raad Tilburg
dan nodigen we jou van harte uit om te reageren.

“Een schaapherder moet echt passie hebben voor zijn vak en de dieren, anders hou je het niet vol”

Dat vertellen de Udenhoutse schaapherder Bram Haen, en zijn vriendin en schaapherder Dana van Loo. “Soms heb je eenzame weken op de hei, een andere keer loop je met je schapen langs een fietspad in de Loonse en Drunense duinen en heb je heel veel, ook heel verschillende, gesprekken met voorbijgangers. En natuurlijk moet je er altijd zijn voor de dieren, in weer en wind, bij meer dan 30 graden in de volle zon, of in de stromende regen, elk seizoen van het jaar.”

Als ik vraag hoe je schaapherder wordt, vertellen Bram en Dana dat iedereen dat doet via zijn/haar eigen weg. Bram studeerde Ecologie and Wild Life en liep als 17-jarige stage bij Bart van Ekkendonk, schaapherder in de Loonse en Drunense duinen. “Ik was niet meteen verkocht, maar vond het wel leuk en was er goed in”. Via zijweggetjes kwam hij toch altijd weer bij de schapen terecht. Dana groeide op met dieren en volgde de Opleiding Dierverzorging. Op 16-jarige leeftijd kreeg ze haar eigen Bordercollie. “Al trainende vroeg ik me af hoe mijn hond het zou doen met een koppeltje schapen. Ik kreeg interesse in het vak van schaapherder en via vrijwilligerswerk in een schaapstal rolde ik in het werk”.

Van Dana en Bram leer ik dat schapen met een herder in Nederland meestal niet voor de wol of het vlees gehouden worden, zoals in andere landen. Schapen worden ingezet als begrazers van natuurgebieden in opdracht van bijvoorbeeld Natuurmonumenten, Brabants Landschap, de Gemeente Tilburg. De schapen houden het natuurgebied open. Bram en Dana lopen op dit moment als ZZP-er in opdracht van De Lachende Ooi met ongeveer 250 schapen op de Cartierheide bij Hapert (Bram), en op de Lanschotse heide bij Middelbeers (Dana). De omgang met de dieren is volgens Dana en Bram in ieder land anders. In Engeland bijvoorbeeld worden de schapen niet permanent begeleid door een herder. Op gezette tijden rijdt daar een herder op een quad door de natuurgebieden voor een snelle controle.

‘s Morgens voor half 8 zijn Bram en Dana bij hun kudde en laten ze de schapen vrij uit het zogenaamde nachtraster. Daarbij kunnen ze de dieren een voor een controleren. (Dat was vooral afgelopen zomermaanden belangrijk, toen de kuddes geraakt werden door het blauwtongvirus). Vervolgens gaan de schapen met de schaapherder de hei op. De herder kan daarbij niet zonder de hulp van de herdershond. Schaapherders zijn dan ook erg zuinig op hun honden. De honden leggen soms wel afstanden af van 40 kilometer per dag!

Dana en Bram benadrukken de grote betrokkenheid van de herder met zijn schapen. Kennis van het natuurlijke gedrag van de schapen, en medische kennis bij ziekte en bevallingen is noodzakelijk. “De schaapherder werkt samen met de natuur, in plaats van tegen de essentie van de natuur in te gaan”, vertelt Bram. Dat is dan ook meteen de levensvisie van deze twee gepassioneerde jonge mensen.

Tekst: Nelleke Sträter, de Wegwijzer
Foto’s: Henny Schilders, de Wegwijzer

Vader Marinus was de Duitsers te slim af …

Jan van Groenendaal is thans 88, maar hij vertelt nog altijd met trots hoe zijn vader 80 jaar geleden de Duitsers regelmatig te slim af is geweest. Jan woonde met zijn ouders, broer en vijf zussen op het eind van de oorlog in een langgevelboerderij aan de Houtsestraat, vlakbij de Loonse Molenstraat.
“Van de oorlog hebben wij eigenlijk niet zo heel veel gemerkt”, zegt hij, “Door het oorlogsgeweld waren er wel enorm diepe kuilen in de weg, maar die zagen wij als kinderen meer als speelterrein. Er waren toen ook Duitsers bij ons ingekwartierd en ik herinner me dat er militaire vrachtwagens achter het huis stonden. Maar in het algemeen waren de bezetters niet onaardig”.

Toen de bevrijding naderde, werd het allemaal veel minder vriendelijk. De “Van Groenendaals” wisten veel kostbaars verborgen te houden voor de grijpgrage Duitsers. Dat gold voor hun radio (een verboden apparaat) en dat gold ook voor hun paard en wagen.
Op het eind van de oorlog stalen de Duitsers alles, wat ze maar konden gebruiken. Vader Marinus had zijn paard echter goed verstopt. Het dier stond in een droogevallen bedding van de Leij en was goed gecamoufleerd met bomen, takken, graspollen e.d. Vader had ook een wagen op luchtbanden. In die tijd was dat een zeldzaam en kostbaar object, dat zeker door de Duitsers zou zijn gevorderd. De wagen was echter uitstekend ingepakt in stro en werd niet ontdekt. Ook wist vader Marinus zichzelf uit handen van de Duitsers te houden. Kennelijk had hij iets verkeerds gezegd of gedaan, waardoor ze het op hem gemunt hadden. Gelukkig werd hij tijdig gewaarschuwd door Driesoom en kon hij vluchten. Hij heeft toen in de bossen geslapen. En dat bleek niet voor niets te zijn, want de Duitsers kwamen hem halen en schreeuwden: “Wo ist der Mann?”

Het ouderlijk huis van Jan van Groenendaal

De bevrijding zelf kan Jan zich ook nog goed voor de geest halen. “Bij ons was het eigenlijk razendsnel gebeurd”, zegt hij, “de Duitsers trokken weg richting het dorp. Vrijwel meteen daarna kwamen de “Tommies” met hun tanks vanuit de richting Loon op Zand. Er werd ook niet gevochten, hoewel verderop in de Houtsestraat wel de boerderij van Jos Kroot in brand was geschoten”.
Jan weet ook nog dat zijn oudere broer Jo een kruitbus vond. Vader van Groenendaal gaf hem met klem te kennen dat hij er vanaf moest blijven, maar Jo (toen een jaar of 13) was eigenwijs en maakte de bus open. Hij stak zelfs een lucifer aan met een enorme steekvlam als gevolg. Wonder boven wonder mankeerde Jo vrijwel niets. Alleen zijn hoofdhaar en zijn wenkbrauwen waren volledig weggeschroeid.

Het levenspad van de broers Jo en Jan is aardig parallel gelopen. Ze gingen allebei boeren in de Gommelsestraat, tegenover elkaar. Ze trouwden ook allebei met een meisje uit Boxtel, sterker nog met twee zusjes. Jo was getrouwd met Jeanne en Jan met Cisca Spierings. Hoewel Jan thans helaas ernstig ziek is, woont hij nog steeds samen met Cisca in een mooi pand in de Molenhoefstraat aan de rand van de bebouwde kom van Udenhout.

Tekst: Jan de Kort
Foto’s: Henny Schilders en Erfgoedcentrum ’t Schoor

Wat een geweldige band… ‘Bee Gees Forever’… waauw

De programma makers bij ontmoetingscentrum ’t Plein hadden het al heel snel gezien toen ze ongeveer een jaar geleden naar ‘The Tribute – Battle Of The Bands’ zaten te kijken op TV.
“Die band moeten we hebben!” En dan hebben we het over ‘BeeGees Forever’.
En dat ze het bij het goede eind hadden bleek wel toen deze band uiteindelijk de winnaar van die Battle werd. En dat was ook terug te zien in de kaartverkoop.
Maar liefst drie(!) keer werd ’t Plein uitverkocht waarvan er afgelopen weekend dus 2 optredens plaatsvonden.

En wat hebben deze jongens de verwachtingen meer dan waar gemaakt. Vanaf het eerste nummer was het gelijk raak. Het enthousiasme spatte er vanaf en wisten ze over te brengen op het publiek, die alle bekende nummers van de BeeGees mee konden zingen.
Alle hits kwamen aan bod. Het was goed dat er een pauze in zat zodat iedereen weer een beetje op adem kon komen. Want dat de gemiddelde leeftijd van het publiek wat hoger lag, zal niemand verbazen.
En daarmee laat ’t Plein gelijk zien dat het voor alle leeftijdsgroepen wel wat op de kalender heeft staan. Zo is er op 3 november een disco middag/avond met o.a. Paul Rabbering en zal op 30 november de originele bezetting van de band Drukwerk (je weet wel, die zanger met dat rode petje) het podium in ’t Plein in bezit nemen. Hiervoor zijn nog maar enkele kaarten beschikbaar!

Ondertussen kwam op het podium het optreden van BeeGees Forever tot een eind nadat ze hun net uitgekomen eigen nummer gezongen hadden.
Dit is er ook de reden van dat de naam van de band is veranderd. De band zal voortaan onder de naam ‘MainCourse’ te boeken zijn. Maar mocht je een kaartje hebben voor het derde en laatste optreden in ’t Plein waar ‘BeeGees Forever’ op staat, dan kom je er toch wel gewoon in!


Tekst/foto: Pieter Michielsen, de Wegwijzer

Udenhoutse werd slachtoffer van nep-agenten

“Ik dacht dat mij dit niet kon overkomen”

Ze was in het verleden weleens gebeld door duistere lieden die zich voordeden als bankmedewerkers. Die had ze snel door en maakten bij haar dus geen schijn van kans. Claudia uit Udenhout is een zelfverzekerde, oplettende vrouw die dacht dat ze nooit slachtoffer zou worden van een babbeltruc. Toch is het haar onlangs overkomen. Ze wil haar verhaal delen om anderen te waarschuwen, want de manier waarop criminelen te werk gaan is zo sluw, dat zelfs oplettende mensen slachtoffer kunnen worden.

Een telefoontje van de “politie”
“Het begon met een telefoontje via mijn vaste lijn” vertelt Claudia. Aan de andere kant van de lijn was een man die zich voordeed als politieagent van het politieteam Tilburg-Noord. “Hij vertelde dat er in Berkel-Enschot iemand in zijn woning was overvallen door twee mannen, en dat één van de daders inmiddels was opgepakt. Bij hem zouden ze een briefje hebben gevonden met drie adressen, waaronder dat van mij.” De bewoners van de andere twee adressen waren overvallen en de kans was volgens hem aannemelijk dat ik de volgende zou worden. ”Heeft u toevallig verdachte personen voorbij zien komen”, vroeg hij haar nog. Dat was het begin van een sluwe manipulatie, waardoor Claudia al snel op scherp stond. “Je schrikt meteen als je hoort dat er een overvaller rondloopt met jouw adres op zak. Ik voelde de spanning en ging zelfs voor het raam staan om te zien of er iets verdachts gebeurde. De man verbond me door met de recherche die me verder kon helpen.” Die zogenaamde rechercheur vroeg Claudia of ze geld of sieraden in huis had, en of dat misschien de reden was waarom haar adres op het briefje stond. “Mijn sieraden hebben vooral emotionele waarde, en ik heb nauwelijks contant geld in huis” legde Claudia uit. Dit leek de oplichters echter niet te deren. “Hij vertelde me dat het voor hun onderzoek belangrijk was, dat de politie foto’s van mijn sieraden kwam maken. Ook voor de verzekering zou dat handig zijn, mocht er iets gebeuren.”

Twijfels
Dat was het eerste moment dat Claudia twijfel voelde. “Maar door de overtuigende en dringende toon van de nepagent, onderdrukte ik dat gevoel. Ik had eigenlijk geen zin om iemand aan de deur te krijgen, maar de man bleef maar praten en benadrukken hoe belangrijk het was. Hij vertelde ook dat het een kleine moeite was, dat er een collega in de buurt was en dat het in 10 minuten afgewerkt zou kunnen zijn. Terwijl ik nog met hem in gesprek was, ging de deurbel en stond er een jonge man in zwarte burgerkleding voor mijn deur, die me direct een pasje met een politielogo liet zien. Dit was mijn tweede moment van twijfel”, herinnert Claudia zich. Maar ze kreeg geen ruimte om dat gevoel echt aandacht te geven. “De man vroeg of ik zijn collega, die ik nog aan de lijn had, wilde vragen hoeveel foto’s hij moest maken”. Nog steeds aarzelend pakte ze uiteindelijk haar sieraden, zodat de man ze kon fotograferen. “Ik had echt het gevoel dat ik moest meewerken. Het ging allemaal zo dwingend en overtuigend. Maar toen de man klaar was met ‘fotograferen’, griste hij de sieraden weg en rende de deur uit. “Ik ben nog steeds boos op mezelf dat ik erin ben getrapt” zegt ze. “Ik had mijn twijfels, maar die criminelen weten precies hoe ze je moeten bespelen. Het gaat zo geraffineerd en dwingend. Dit kan echt iedereen overkomen.”

Breek het gesprek af en bel zelf terug
Claudia hoopt met haar verhaal anderen te waarschuwen voor dit soort oplichtingspraktijken. “Als je twijfelt of merkt dat iemand je onder druk zet, pak dan de regie. Breek het gesprek resoluut af en bel zelf de politie terug”, is haar advies. Wijkagent Harm Muntz beaamt dat en benadrukt dat echte agenten nooit telefonisch om sieraden of waardevolle spullen vragen. Claudia’s verhaal is helaas niet uniek, Dagelijks worden mensen het doelwit van dit soort geraffineerde criminelen. Ook in Udenhout worden mensen slachtoffer.

Op verzoek van het slachtoffer hebben we niet haar echte naam vermeld.

Tekst en beeld: Henny Schilders, De Wegwijzer