Berichten

De vrijwilligers in het zonnetje

Vrijwilligers van ‘t Koffiemomentje.

Een kopje koffie en zoveel meer.
Iedere dinsdag, woensdag en donderdag staan betrokken vrijwilligers klaar om een groep oudere inwoners van Udenhout en Biezenmortel een paar gezellige uurtjes te bezorgen. Om 10.30 uur verwelkomen de vrijwilligers de gasten met een kopje koffie, een keer per maand met iets extra lekkers. En natuurlijk hoort daar een praatje bij. Gasten, die niet zelfstandig kunnen komen, worden thuis opgehaald. Wanneer alle gasten binnen zijn en van hun koffie genoten hebben, worden spelletjes op tafel gelegd. Er wordt vooral gekaart en rummikub gespeeld. Om 12.00 uur is het tijd voor een gezamenlijk kopje lekkere soep en een broodje. Na 13.00 uur gaan de deelnemers welgemoed naar huis, al of niet onder begeleiding van de vrijwilligers. Bij (langere) ziekenhuisopname worden de deelnemers door de vrijwilligers bezocht. Soms wordt met de drie groepen tegelijk een uitstapje gemaakt. Zo gingen de groepen al naar het Winterparadijs en het Orgelmuseum in Hilvarenbeek, maakten ze een treinritje door de Moer, een rondrit door Tilburg met stadsgids, brachten ze een bezoekje aan de Theetuin van Sjef van de Brand en gingen zelfs een keer met de bus naar Zeeland.
De gasten zijn inwoners van Udenhout en Biezenmortel, die behoefte hebben aan meer sociale contacten, en meestal niet meer kunnen deelnemen aan reguliere activiteiten in het dorp. Ze worden via Carien Pijnenburg, (Thebe Wijkverpleging), de huisartsen of Contour de Twern aangemeld en zijn 1x per week welkom. Deelname is dus “georganiseerd”, er is geen “vrije inloop”. Voor deelname is geen indicatie nodig. De bijdrage van de gasten is 2,50 euro per keer. De deelnemers kijken uit naar ‘t Koffiemomentje. Een deelneemster weet het treffend te benoemen: “Je hebt weer een keer wat andere praat”.
‘t Koffiemomentje bestaat al sinds 2017 en in hetzelfde jaar kon al de Vrijwilligersprijs van de Gemeente Tilburg in ontvangst genomen worden. ‘t Koffiemomentje wordt ondersteund door Contact 50 (Cees de Graaf) en Contour de Twern (Jose’ van der Heijden en Inge van Erp) en ontvangt subsidie van de Gemeente. Met ingang van 1 maart gaat ‘t Koffiemomentje tijdelijk verhuizen van het Kruisgebouw naar de kantine van de Jeu de Boules club VOP.
Maar….. ‘t Koffiemomentje zou niet kunnen bestaan zonder de vele trouwe vrijwilligers, die iedere week weer voor de gasten klaar staan. Zij halen de deelnemers uit hun isolement en bieden hun elke week een gezellige activiteit om naar uit te kijken. Dat verdient veel waardering. Daarom dat de Wegwijzer hen graag een keer “in het zonnetje zet”. Mocht u hen willen versterken, nieuwe vrijwilligers zijn van harte welkom!

Tekst: Nelleke Sträter, de Wegwijzer
Foto’s: ‘t Koffiemomentje

Wandelroute Buurthond

Emily van Summeren, student aan de HBO opleiding Social Work, nam voor haar afstudeerproject het initiatief om, in samenwerking met cliënten van ASVZ en Hondenschool RTDC, op 6 mei een spellentocht uit te zetten.
Emily vertelt dat zij als hondenliefhebber ziet hoe makkelijk een hond contact mogelijk maakt tussen mensen, die anders geen contact met elkaar zouden hebben. Dat geldt ook voor cliënten van ASVZ en “onbekenden”. Emily wil met haar actie het sociaal functioneren van cliënten met andere dorpsbewoners bevorderen. Ze heeft samen met cliënten het project opgezet. Cliënten hebben flyers rondgebracht om hondenbezitters en andere belangstellenden uit te nodigen deel te nemen aan de wandelroute. Vrijwilligers van de hondenschool werden gevraagd ter ondersteuning. Zij “bemensen”, samen met cliënten van ASVZ, de 4 plekken waar honden uitgedaagd worden om te springen, te snuffelen, te balanceren, en door tunnels te kruipen (ik leer dat deze spelletjes onder hondentrainers Agility genoemd worden).
Het “loopt nog niet echt storm” op het vroege uur van deze zaterdagochtend. Maar de deelnemers (honden en hun baasjes), cliënten van ASVZ en vrijwilligers van de hondenschool genieten van de activiteit en de onderlinge aandacht. Een mooi project.
ASVZ kan nog altijd meer vrijwilligers gebruiken. Volgens Emily kan het meebrengen van een hond (of ander huisdier) echt van meerwaarde zijn.

Tekst/foto’s: Nelleke Sträter, de Wegwijzer

Vrijwilligers Mariakapel Schoorstraat in het zonnetje, sorry de regen…

Rondom het Mariakapelletje aan de Schoorstraat is de lente voelbaar en zichtbaar, ook al regent het vandaag. De bosanemonen steken hun kopjes uit en over een poosje zullen ook de boomkikkers weer te horen zijn. De vrijwilligers van het kapelletje hebben ook “de lentekriebels” en hebben zich verzameld voor een grote schoonmaakbeurt. De “sacristie” wordt uitgeruimd en schoongemaakt, het altaar met het beeld van moeder en kind wordt blinkend opgepoetst. Zitbanken, vloer alles krijgt een beurt. Buiten wordt de grond rondom de kapel opnieuw geëgaliseerd. Met kruiwagens wordt zand uit de Brand aangevoerd om kuilen te dichten.

De vrijwilligers groep is vorig jaar, na een oproep in de Wegwijzer, aangevuld tot een groep van 10 personen. Maria Mescher (haar vader schonk de grond voor de kapel) ging vroeger al met haar moeder mee om het kapelletje te verzorgen. Nu is ook dochter Carla, soms samen met haar zoon, actief. Jan van Groenendaal en Marina de Werdt zijn al heel lang “bij de club”. Jos

Smits, Bart Heuvelmans, Toos van de Bruggen, Diny Broeders, René Bink en Ton de Jong completeren de groep. Zij zorgen per toerbeurt een volle week voor het kapelletje. Ze openen en sluiten dagelijks (de kapel is open van 10-18.00 uur, in de zomermaanden ook wel wat langer, in de winter tot zonsondergang). Zij verzorgen de bloemen en kaarsjes en halen het geld uit de safe, waarmee uit de kaarsenmakerij van ASVZ weer nieuwe kaarsjes gekocht worden. Ze raggen de spinnenwebben weg, vegen en dweilen de vloer, rapen de prulletjes rondom de kapel op, vegen het stoepje en blazen het overtollige blad weg.

In de Meimaand werd vroeger dagelijks het rozenhoedje gebeden in de kapel. Het klokje werd geluid om de mensen uit te nodigen. Sinds corona gebeurt dit niet meer en wordt het rozenhoedje gebeden in de Eikelaar.

In voorgaande jaren werd er meerdere keren ingebroken in de kapel, waarbij ook een van de glas in lood ramen werd vernield. Gelukkig werd door Kees van Esch een glas in lood raampje gevonden uit het Karmelietenklooster in Haaren en kon het op maak gemaakt worden door José Mc Vean. Het raam, voorstellende een fenix, die uit de as herrijst, is gemaakt door kunstenaar Luc van Hoek, die ook het Mariabeeld in de kapel vervaardigde. De vrijwilligers hopen dat de kapel voortaan gevrijwaard blijft van inbraken. Aan hun goede zorg voor het kapelletje zal het zeker niet liggen.

 

Tekst: Nelleke Sträter, de Wegwijzer
Foto’s: Henny Schilders, de Wegwijzer

Het is dinsdagochtend in de bossen bij Loon op Zand en een groep mensen is daar hard aan het werk. Ze noemen zich de “Boskabouters”. De naam hebben ze gekregen van de vrouw van een van de voormalige leden en is een eigen leven blijven leiden. Het zijn vrijwilligers die voor Natuurmonumenten in het bosgebied van Helvoirt tot Loon op Zand werken, om daar de diversiteit van de natuur op peil te houden. Er zijn in totaal zo’n 100 vrijwilligers, verdeeld in groepen die elke op een andere dag van de week actief zijn. De groep de Boskabouters bestaat voor een groot deel uit Udenhouters en werken op dinsdagochtend. Overigens zijn er ook andere groepen waarin Udenhouters actief zijn. En wat doen zijn dan? Het grootste deel van het jaar zijn ze bezig met de bestrijding van de Amerikaanse vogelkers. Deze plant, ook wel bospest genoemd, is vanaf de jaren twintig van de twintigste eeuw als vulhout in de bossen aangeplant. Deze vogelkers overwoekert alles en is zo dominant dat ze andere planten en bomen verdringen. Zo gauw deze volgelkers in het voorjaar blaadjes krijgt beginnen de vrijwilligers met hun werk. Kleine opkomende planten worden uitgetrokken, maar er zijn ook grote exemplaren. Deze worden op ongeveer een meter hoogte afgezaagd en als ze nieuw uitschot krijgen, wordt dit opnieuw verwijderd oftewel gestript. Maar er zijn ook forse exemplaren die niet zomaar om te zagen zijn. Die worden geringd: er wordt een strook van ongeveer 25 cm van de bast rondom weggehaald zodat de boom afsterft. Hele bergen door hen gekapt hout liggen verspreid over het bosperceel er als we zien hoeveel vogelkers er nog staat komen er nog veel bergen bij. Het is zwaar werk. Iedereen werkt individueel, maar kan hulp inroepen van de anderen als dat nodig is. Ze werken in een linie om geen stukken over te slaan. Het lijkt bijna onbegonnen werk. Toch geven ze aan dat in de gebieden rondom Bosch en Duin waar ze dit al 15 jaar doen, het verschil echt te zien is. Het is wel een kwestie van een lange adem hebben en jaar in jaar uit bezig blijven. En dat doen zij.
De Boskabouters hebben met Kerst twee weken vakantie en verder werken ze het hele jaar door. Als de vogelkers geen bladeren heeft en daardoor moeilijk te herkennen is, verwijderen ze opschot van vliegdennen, Douglas sparren en berken. Ze zijn met 15 personen, waarvan drie vrouwen. De jongste is midden veertig en de oudste is 80. Je moet er handig voor zijn, maar ook sterk. Gerard, is de oudste en sterkste en wordt door de anderen dan ook de Hulk genoemd. In de pauzes drinken ze koffie en wisselen alle nieuwtjes uit. Een vrijwilliger uit Tilburg vertelt dat hij door die verhalen inmiddels wel zo’n 200 Udenhouters kent, zonder ze ooit gezien te hebben. Natuurlijk worden tijdens deze koffiepauzes ook de oplossingen voor de wereldproblemen bedacht. Kortom het gaat iedereen ook om de gezelligheid en de contacten die deze activiteiten opleveren. Dus zie je in de bossen mensen met overalls van natuurmonumenten in de weer met zagen, schoppen en snoeimessen dan zijn dat groep vrijwilligers die eraan bijdragen dat onze bossen mooi zijn en blijven.

Boskabouters: Bedankt!

Tekst: Wilma de Jong, de Wegwijzer
Foto’s: Henny Schilders, de Wegwijzer

Vrijwilligers Lambertus Parochie Udenhout in het Zonnetje

Achter de monumentale voorgevel van de pastorie van de Lambertus Parochie had ik geen bijenkorf verwacht. Toch komt dat idee bij me op wanneer ik op maandagmorgen daar ontvangen wordt. De bedrijvigheid in de pastorie verrast me. Even later begrijp ik dat er op maandagmorgen veel vrijwilligers actief zijn, die gelukkig weer gezellig samen koffie
kunnen drinken nu de coronamaatregelen versoepeld zijn. Ik ga in gesprek met Piet van Galen (“klusjeskoster”, postbode, “de man van de klok”), Wim Leenders (bevlogen man van onderhoud van tuin en kerkhof), Lia van de Sande (trouwe poetsdame van de kerk), en Jan-Karel van Hulst (koster). Zij vertegenwoordigen vanochtend de vele vrijwilligers die zich wekelijks voor de parochie inzetten. Dat zijn kosters, acolieten, de voorleesgroep, het koor, de dames die de kerk poetsen, mensen die de kerk versieren voor hoogtijdagen, die de was doen, de tuin en het kerkhof onderhouden, de kerststal bouwen, het kapelletje in de Schoorstraat verzorgen, bestuurs- en administratietaken uitvoeren en zoveel meer hand en span diensten verrichten. Teveel om op te noemen. De verschillende vrijwilligersgroepen werken zelfstandig en regelen alles onder elkaar, “het werk moet wel doorgaan”. Hun motivati e halen ze uit het feit dat “alles goed geregeld is” en “alles er weer netjes uitziet”.
Zo vertelt Wim dat tuin en kerkhof behalve onderhoud, (“zelfs de kantjes worden gestoken”), ook mooie nieuwe aanplant krijgen. “Het wordt meer en meer een park, waar mensen van bijvoorbeeld de Eikelaar even komen genieten”. Volgens Lia wordt het interieur van de kerk volgens rooster gepoetst: banken, zijbeuken, middenbeuk, preekstoel, koor, deuren, en de vele vierkante meters vloer. “Wanneer de kerstboom weer opgeruimd wordt krijgt de vloer een extra dweilbeurt”. De kosters Piet en Jan- Karel hebben een keer in de vier weken een week “dienst”, leggen alles klaar voor de mis, luiden de klokken, zetten de kachel aan, openen de deuren, begeleiden de dienst bij een uitvaart, en ruimen alles achteraf weer netjes op.
De vrijwilligers vormen radertjes die in elkaar moeten passen om alles goed te laten verlopen. Er wordt van hen steeds meer inzet gevraagd omdat hun aantal eerder af dan toeneemt. Slechts een handjevol vrijwilligers is jonger dan 60 jaar; er zijn zelfs vrijwilligers ouder dan 80 jaar. Allen zeer gemotiveerde, “goei mensen”, trouwe vrijwilligers, die soms al meer dan 25 jaar actief zijn. Er heerst een goede sfeer onderling en het sociale aspect speelt een grote rol: “zonder koffie en af en toe een worstenbroodje geen vrijwilligers!”.

Tekst: Nelleke Sträter, de Wegwijzer.
Foto’s: Henny Schilders, de Wegwijzer.

Vrijwilligers van De Hulpcentrale

Hanneke Nielen, Margret van Beijsterveldt, Det (en echtgenoot Cees) Timmermans vormen samen met ruim 20 andere personen de vrijwilligersgroep van De Hulpcentrale. De Hulpcentrale is een vrijwilligersorganisatie (opgericht in 2003), die aan iedere inwoner van Udenhout, Berkel-Enschot en, sinds 1 januari 2021, ook Biezenmortel hulp wil bieden bij het oplossen van kleine problemen. Het gaat daarbij om kortdurende hulp, waarvoor geen speciale deskundigheid nodig is. Te denken valt aan hulp bij vervoer, boodschappen, kleine karweitjes in en rond het huis, oppas, advies en verwijzing naar andere hulpverleners. De vrijwilligers van De Hulpcentrale kunnen zelf aangeven voor welke hulp zij ingezet willen worden. Bij klusjes, vervoer, de  telefoondienst of anderszins.

De meeste aanvragen bij De Hulpcentrale betreffen aanvragen voor hulp bij vervoer, veelal vervoer voor bezoek aan huisarts of ziekenhuis, en de laatste tijd ook aan vaccinatielocaties. Het voordeel van vervoer door vrijwilligers van De Hulpcentrale is dat de vrijwilligers blijven wachten en desgewenst mee naar binnen gaan om begeleiding te geven. Hanneke vertelt dat de  vrijwilligers zo ook een gastvrouw/ gastheer functie hebben, wat erg gewaardeerd wordt. De Hulpcentrale biedt geen structurele hulp, maar door regelmatige aanvragen, waarbij de hulpvragers hun voorkeur voor een vrijwilliger kunnen uitspreken, ontstaan soms goede contacten. Het contact is persoonlijk en het is fijn dat je mensen zo kunt helpen, geeft Det aan. Margret merkt op dat In de hulpverlening overlap is met Uurtje Buurtje. Goede samenwerking is daarom gewenst.

Met name ouderen weten De Hulpcentrale goed te vinden, omdat zij van maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 en 17.00 uur een telefonische aanvraag voor hulp kunnen doen via telefoonnummer 0135030919. Voor de planning is het fijn wanneer hulpvragers enkele dagen voor de gewenste hulp een aanvraag doen. De hulpvragers betalen alleen onkostenvergoeding
(b.v. vervoerskosten).

De groep van 25 vrijwilligers komt eens per jaar bij elkaar in een informele bijeenkomst om bij te praten en ervaringen uit te wisselen. Hanneke, Det en Margret roepen mensen graag op om zich aan te sluiten bij deze groep enthousiaste vrijwilligers. “Vele handen maken licht werk”.

Tekst en foto: Nelleke Sträter, de Wegwijzer.

Vrijwilligers in het zonnetje

Het Udenhouts buurtpreventieteam bestaat uit ongeveer 30 personen. Toch moet ik, om er meer van te weten te komen, naar Biezenmortel.
Hier word ik gastvrij ontvangen door Ton en Ria Bluijs. Toen Ton en Ria 5 jaar geleden zijn ingestapt bij de “buurtwacht” woonden zij nog in Udenhout, waar buurtpreventie in 2012 werd opgericht om de veiligheid in het dorp te verbeteren.
Ton en Ria vertellen hoe buurtpreventie werkt. Elke dag, meestal ‘s avonds of in het begin van de nacht, loopt of fietst een ploegje  buurtwachten” door het dorp. Meestal zijn ze met z’n tweeën enkele uren “in touw”. Op alles wat een beetje vreemd of afwijkend is, wordt gelet. De belangrijkste instrumenten van de buurtwachten zijn géén handboeien of gummiknuppels, maar notitieboekjes, zaklantaarns en telefoons (ook voor het maken van foto’s). Als daar aanleiding toe is, wordt er direct contact opgenomen met de “echte” politie, in principe met de wijkagent. De buurtwachten signaleren dus slechts en geven bijzonderheden door. Zelf optreden, bijvoorbeeld arresteren, is er niet bij. Wel mag men, zoals elke burger, bij een “heterdaadje” de persoon in kwestie vasthouden. 
De buurtwachten zijn herkenbaar aan hun kleding en alleen dat al werkt preventief. Zo stappen jongelui, die zonder licht in het donker op hun fiets rijden, veelal braaf af als ze een buurtwacht zien. Elke buurtwacht fietst of loopt ongeveer twee keer per maand. Er doen nogal wat vrouwen mee in het buurtpreventieteam, maar vrouwen zullen altijd door een man vergezeld zijn tijdens hun “ronde”.
Behalve met de wijkagent (Marcel Ooms, die een dezer dagen zal worden opgevolgd door Kirsten Chranowski) heeft buurtpreventie ook direct contact met de “wijkregisseur” (dorpsgenoot Helmy van Ingen die in dienst is van de gemeente Tilburg). Daarnaast zijn er korte lijntjes naar politie, BOA’s, jeugdbegeleiding van de gemeente en naar andere relevante diensten. Ik vraag naar bijzondere voorvallen die Ton en Ria hebben meegemaakt. Er blijken regelmatig  auto’s of fietsen gesignaleerd te worden die ergens lang staan en soms gestolen blijken te zijn.
Bij een inbraak zorgt buurtpreventie voor een tent, waar buurtbewoners -en anderen- hun verhaal kunnen doen. Door de buurtwachten zijn ook fietsendieven op heterdaad betrapt, zijn brandjes geblust en worden kwajongens die gekke en soms verkeerde dingen doen, aangesproken. 
Elk kwartaal is er een buurtwachtvergadering. In principe zijn hierbij ook de wijkagent, de wijkregisseur en jeugdbegeleiding aanwezig. Door de korte lijntjes wordt er dan snel en effectief bijgepraat. Tevens zijn er regelmatig teambuildings-avonden, waar bijvoorbeeld uitleg wordt gegeven over de werking van een AED of het takenpakket van BOA’s. Het is mij wel duidelijk geworden dat een flink aantal extra ogen en oren het verschil kunnen maken in ons dorp.

Tekst: Jan de Kort, de Wegwijzer
Foto’s: Henny Schilders, de Wegwijzer

De Vrijwilligers van de Eikelaar in het zonnetje

Jeanne Nieuwburg

De Eikelaar is weer in kerstsfeer gebracht. Twee volle dagen hebben welzijnsmedewerkers en vrijwilligers versieringen aangebracht in de algemene ruimtes. Het ziet er heel feestelijk en gezellig uit. Toch zijn er geen bewoners die beneden in het atrium genieten van al dat moois. Corona besmettingen houden hen vooral op hun eigen appartementen. “Alle activiteiten zijn afgelast” vertellen de twee vrijwilligers Jeanne van Nieuwburg en Jeanne Simons. Tot groot verdriet van de bewoners, maar ook van de vrijwilligers zelf. Allen missen ze de gezelligheid.
Jeanne en Jeanne brengen vele uurtjes in de week door in de Eikelaar. Ze helpen bij spelletjesactiviteiten op Kleinschalig Wonen, maar ook bij de bingo, bij de gezamenlijke broodmaaltijden, bij optredens, bij de dagelijkse koffie-uurtjes. Ook zijn er vrijwilligers actief als begeleiding bij de kerkgang, de wandelgroep, het koersbal en barakken, de gym, de avonden “ditjes en datjes”. En natuurlijk zoals nu bij “het aankleden” van de Eikelaar bij festiviteiten.

Jeanne Simons

In totaal telt de Eikelaar 70 vrijwilligers van diverse leeftijd, die allen bijdragen aan het welzijn van de bewoners. “En daar kunnen er best meer bij” zegt Jeanne Simons. “Er zijn altijd extra mensen nodig wanneer een vrijwilliger ziek is of andere afspraken heeft”.
Het is hier heel leuk werken” volgens haar. “De welzijnsmedewerkers zijn ontzettend aardig, gezellig en behulpzaam en tussen de vrijwilligers onderling worden vriendschappen opgebouwd. “Jeanne van Nieuwburg vertelt dat er deze december maand weer veel activiteiten gepland stonden, maar dat die jammer genoeg niet door kunnen gaan. “Ook voor het contact met de bewoners is dat erg jammer” vindt ze. “Wanneer je vaak in de Eikelaar bent leren de bewoners je goed kennen, en dat is vooral belangrijk voor de bewoners met dementie”. Ze gaat daarom nu gewoon maar even op de koffie en een praatje maken in de huiskamer.
De welzijnsmedewerkers van de Eikelaar zijn blij met alle vrijwilligers, omdat ze altijd op hen kunnen rekenen en omdat iedere vrijwilliger zijn/haar eigen kwaliteit meebrengt. Een toegevoegde waarde in de zorg. De dag van de vrijwilliger op 7 december kon jammer genoeg niet gevierd worden. Maar de vrijwilligers zullen ook zo wel weten dat hun inzet ontzettend gewaardeerd wordt.

Tekst: Nelleke Strater, de Wegwijzer
Foto’s: Henny Schilders, de Wegwijzer

Vrijwilligers van het BijnaThuisHuis

Birgitte, Jet en Astrid vormen samen met nog 32 andere vrijwilligers (in leeftijd variërend van 18 tot 78 jaar) en Coördinator Nicole samen 1 team. Een geweldig team, dat mensen bijstaat in hun laatste levensfase, in een huiselijke omgeving aan de Schoorstraat. Astrid, Jet en Birgitte zijn vanaf de start van het Hospice in Januari 2019 vrijwilliger. Ze hebben zich aangemeld na een oproep in de Wegwijzer, na de Open Dag en vanwege het enthousiasme van Nicole.

Birgitte heeft een zorgachtergrond, het zorgen voor mensen in de laatste levensfase heeft haar altijd aangetrokken. Jet zocht een zinvolle invulling van haar vrije tijd. Astrid ziet het iets betekenen voor een ander als waardevol. Ze zorgen (in shifts van 4 uur tussen 7.00 en 23.00 uur) voor de gasten door samen een kopje koffie te drinken, een praatje te maken, samen in de tuin te zitten, een spelletje te doen, een hand vast te houden, samen een gebedje uit te spreken, of een wandelingetje te maken naar het kapelletje of het dorp, wanneer dat nog kan. Ze ontzorgen de familie van de gasten en kunnen extra aandacht geven aan gasten, die weinig familie hebben. “Warme Zorg”, recht uit het hart. De Thuiszorg van ’t Heem komt op vaste momenten van de dag voor professionele palliatieve zorg, en is ook oproepbaar. Gasten komen uit het dorp en de dorpen rondom Udenhout. Ze vinden het fijn om dicht bij huis, in een bekende, natuurlijke omgeving hun laatste dagen door te brengen. Enkele gasten komen uit Tilburg.

Bij de start van het BijnaThuisHuis hebben de vrijwilligers een basisopleiding gehad: Wat is Palliatieve Zorg? Wat kun je voor mensen in deze laatste fase van het leven betekenen? Wat is Spirituele Zorg? Wat kun je beter niet vragen of zeggen of doen? Coördinator Nicole is altijd bereikbaar voor vragen en hulp en heeft een luisterend oor wanneer vrijwilligers daar behoefte aan hebben. Nicole komt bij iedere shift sowieso even binnen. Vrijwilligers hebben een grote vrijheid wat betreft de keuze van werkzaamheden. Sommigen vinden het fijn om mee te helpen bij de basiszorg. Sommigen maken de keuze geen zorg te bieden aan gasten die ze kennen.
Birgitte geeft aan dat het vrijwilligers werk heel leuk is om te doen! Ze hoopt dat mensen niet schromen om eens te komen informeren en te ervaren hoe het is. Jet vertelt hoe mooi ze de manier vindt waarop gasten na het overlijden uitgeleide gedaan worden. Ook hierin hebben de vrijwilligers een duidelijke bijdrage. Astrid vindt het fijn te merken dat gasten en familie zo tevreden en blij zijn met de zorg die geboden wordt.

Op 18 december komt er een wensboom in de tuin van het BijnaThuisHuis: “Wie zet jij in het licht”? Ik hoop met dit artikel alle vrijwilligers van het Hospice “in het licht te zetten”, als dank voor hun inzet. Wellicht dat door het enthousiaste verhaal van de drie vrijwilligers nog meer mensen zich aanmelden voor dit mooie vrijwilligerswerk. Voor informatie kan een ieder terecht op de website van het BijnaThuisHuis www.bth-udenhout.nl

De Vrijwilligers in het Zonnetje

Vrijwillige brandweer Midden- en West Brabant, team Udenhout

Ik zit tegenover Anne van den Brand, manschap bij de brandweer, hoewel zij onherkenbaar is. Zij zit met een helm en ademluchtmasker op en een Ademluchtfles op haar rug, portofoon in de hand. Via haar helm ontvangt zij instructies om met verschillende kleuren balkjes op een bepaalde manier een toren te bouwen. In een andere ruimte zitten enkele andere manschappen hetzelfde te doen en in weer een andere ruimte zit iemand deze instructies te geven. En deze toren bouwen is géén kinderspel, het is een bloedserieuze oefening: ademluchtcommunicatie. Hoe kun je als verschillende brandweerlieden in deze uitrusting toch goed met elkaar communiceren bij het bestrijden van een brand. Op hetzelfde moment zijn 6 andere brandweerlieden bezig met een oefening op locatie waar zij oefenen in bevrijden van beknelde personen in een auto na een ongeval. En ook daar komt veel bij kijken. Eerst de auto stabiliseren met blokken en dan pas aan de gang met zwaar Hydraulisch red gereedschap. En dat stabiliseren is in de praktijk vaak moeilijker dan bij een oefening omdat een auto op zijn kop in een sloot kan liggen en er op dat moment ook daadwerkelijk mensen bekneld zitten, die ook nog gewond kunnen zijn. Vanavond ligt de nadruk op de verschillende technieken, gebruik van speciale gereedschappen en de samenwerking.
Deze oefeningen maken meteen duidelijk dat lid bij de vrijwillige brandweer zijn veel kennis en vaardigheden vraagt. Liesbeth van der Meijden, Mark Denissen en Koen van Asten vertellen graag en enthousiast over hun werk. Het doel van de brandweer is: redden van mens en dier en schade beperken, ook in die volgorde, waarbij eigen veiligheid altijd de eerste prioriteit is. Als er een melding komt vanuit Udenhout is het team Udenhout wat als eerste opgeroepen wordt. Iedereen heeft altijd een pieper bij zich en geeft onmiddellijk aan op de pieper of ze op weg gaan naar de kazerne. En dat heeft haast, want binnen zes minuten moet de brandweerwagen met 6 personen bemanning uitrijden. De eerste zes die aankomen bij de kazerne vertrekken. Het lijkt mij bijna een onmogelijke opgave, maar men doet dit wel. Het betekent: alles uit je handen laten vallen en onmiddellijk naar de kazerne. Ze krijgen nadere informatie van de centralist van 112. Deze centralist bepaalt ook of er meteen andere teams of andere middelen hoogwerker / HV voertuig ingeschakeld moet worden. Uitgangspunt daarbij is: het team wat het meest dichtbij is wordt ingeschakeld. De brandweer is er natuurlijk voor het bestrijden van brand, maar daarnaast ook voor hulp bij ongevallen, het redden van dieren bijvoorbeeld een kat in de boom of een dier in een mestput, veiligheid van gebouwen. Deze veelheid aan taken leidt er ook toe dat een gedegen opleiding noodzakelijk is. Als iemand start bij de brandweer loopt hij of zij drie maanden mee om te kijken of het daadwerkelijk iets is. Dan gaat men de basisopleiding in. Deze duurt een jaar lang een dag in de week of twee jaar lang een avond in de week. Dan is men manschap. Daarna kan een vervolgopleiding gedaan worden tot bevelvoerder of chauffeur. Maar met deze opleiding is men er niet. Iedere maandagavond is men present om kennis een vaardigheden op peil te houden. Dat kan theoretische kennis zijn omdat er veranderingen of nieuwe ontwikkelingen zijn, denk bijvoorbeeld aan het bestrijden van brandende elektrische auto’s, of praktische oefeningen zoals hierboven beschreven.
Dat geeft ook meteen aan dat deze taak als vrijwilliger heel veel vraagt: een enorme tijdsinvestering, altijd bereikbaar zijn en vooral ’s avonds en ‘s nachts opgeroepen worden. Dan moet je toch denken aan gemiddeld twee oproepen per week, hoewel de verschillen per week heel groot kunnen zijn. Naast die tijdsinvestering vraagt het mentaal ook het nodige: 
je moet niet bang zijn, beslissingen durven te nemen, goed samen kunnen werken in een team en emotioneel bestand zijn tegen soms heel ernstige gebeurtenissen. Vooral dit laatste en het samenwerken maakt dat de sfeer in het team essentieel is. Je moet blindelings op elkaar kunnen vertrouwen, je leven kan ervan afhangen, maar je moet elkaar ook kunnen steunen als er een ernstige calamiteit is geweest. Napraten met elkaar, nog eens bellen hoe het gaat. Team Udenhout is een heel goed team volgens Liesbeth, Mark en Koen, in feite is het een vriendenclub die elkaar door dik en dun steunt. Waarschijnlijk is dat ook een van de redenen waarom het team Udenhout ook lukt om een goede bezetting te houden. Ruim anderhalf jaar geleden zijn ook weer drie nieuwe mensen bijgekomen. Wat zouden ze graag nog zien: ze zouden graag meer aanmeldingen willen hebben voor oefenlocaties bij bedrijven, boerderijen, panden in Udenhout. Veel oefenen op verschillende locaties maakt dat het team steeds beoefend blijft en bovendien is het heel goed als er een melding komt, men de locatie al kent.
Ik ben onder de indruk van de passie, professionaliteit, maar vooral de enorme inzet die deze vrijwilligers tonen om de inwoners van Udenhout deze veiligheid te bieden.

Tekst: Wilma de Jong, Correspondent
Foto’s Hennie Schilders, de Wegwijzer